Door Rendert Algra – Tweede Kamerleden worden vaak gezien als baantjesjagers die via vriendjespolitiek wel weer aan een mooie baan komen. Het blijft een hardnekkig misverstand dat Kamerleden achtervolgt. De praktijk is een stuk weerbarstiger. De meeste van de 71 vertrokken Tweede Kamerleden moeten gewoon zelf keihard aan de slag om weer nieuw inkomen te verwerven.
Veranderde arbeidsmarkt
De arbeidsmarkt is de afgelopen acht jaar bovendien fors veranderd. Vaste volledige banen zijn er minder. Flexibiliteit is het toverwoord dat er voor in de plaats gekomen is. Zelfs voor goed opgeleide werkzoekenden is een vaste baan niet meer vanzelfsprekend. De Kamerleden die alweer aan de slag zijn hebben vaak een aanstelling voor bepaalde tijd. Bovendien zijn de meesten van hen niet werkzaam in een volledige baan maar slechts enkele dagen per week. Het betekent vaak dat ze daardoor nog niet het inkomen van een Kamerlid verdienen. Daarmee blijft hun recht op wachtgeld bestaan. Pas bij een combinatie van functies lukt het om weer volledig in eigen inkomen te voorzien.
Ondefinieerbare generalist
Als je een aantal jaren iets heel anders hebt gedaan wordt dat bovendien gezien als verlies van deskundigheid. Oud Tweede Kamerleden worden dan ook na enkele jaren niet meer gezien als specialist op hun oude werkterrein maar als een wat ondefinieerbare generalist. Werken aan het profiel is dan heel belangrijk. Niets gaat vanzelf. Daarom is het ook goed dat Kamerleden recht hebben op professionele loopbaanbegeleiding. Dat zorgt voor nieuwe focus op zaken waar ze goed in zijn. Het leidt naar inzet gericht op onderwerpen die energie geven. Het maakt van een ondefinieerbare generalist een kansrijke werkzoekende.
Kruiwagens niet gewaardeerd
Vroeger kwam het regelmatig voor dat oud Kamerleden werden voorgedragen voor interessante adviesfuncties bij de overheid. Ook werd er volop politiek bedreven bij benoemingen tot Burgemeester of Commissaris van de Koning(in). Het was dan belangrijk dat je een kruiwagen had. Door vriendjespolitiek kon je zo je loopbaan na politiek vervolgen. Die tijd is grotendeels voorbij. Kruiwagens worden vaak juist niet gewaardeerd. Burgemeesters worden door gemeenteraden aan de hand van een profielschets op hun competenties beoordeeld. Er is sprake van een betere balans van ‘wat je kunt’ t.o.v. ‘wie je kent’. Natuurlijk is wie je kent nog steeds belangrijk. Netwerken is de beste weg naar nieuwe uitdagende functies. Maar pas op, als het op vriendjespolitiek gaat lijken. Vriendjespolitiek is uit. Het zal dan een hoop stennis opleveren maar niet de mooie baan!